Financieel planner Ramon Wernsen is het daarmee eens. Met twintig jaar ervaring in de adviessector ziet hij het regelmatig mis gaan.
Is de regelgeving te ingewikkeld voor adviseurs?
“Als hypotheekadviseur krijg je naarmate de tijd vordert steeds meer te maken met mensen die tussen 2001 en nu allerlei keuzes hebben gemaakt. Ze hebben een nieuwe partner gekregen, of een andere woning gekocht. Daardoor krijgen ze allemaal verschillende hypotheekdelen waarvan de aftrekbaarheid verschilt. Het wordt allemaal heel ingewikkeld en de adviseur moet wel begrijpen hoe dat fiscaal-juridisch en economisch allemaal in elkaar steekt.”
En gaat dat inderdaad vaak mis?
“Ik denk dat er een heleboel adviseurs zijn die het goed doen, maar ook een heleboel wiens werk voor verbetering vatbaar is. Ik word wel eens ingeroepen bij klachten. Mijn taak is dan om objectief vast te stellen of het advies dat is gegeven goed is geweest. Ik zie dan wel gekke dingen gebeuren.”
Waar gaat het dan om?
“Er is soms ten onrechte van uitgegaan dat iets een eigenwoninglening was. De situatie zoals die was is dan gewoon overgenomen of er is vanuit gegaan dat een hypotheek in box 1 viel, terwijl deze in box 3 thuishoorde. Dit zal in de meeste gevallen wel goed gaan, maar er zijn zeker ook gevallen waar het niet goed gaat.”
Waar komt dit dan door?
“De inventarisatie is niet altijd uitgebreid genoeg. Vaak wordt daarin alleen stilgestaan bij de dingen die nodig zijn om de hypotheekaanvraag in te dienen. Dat heeft volgens mij te maken met de ouderwetse rol waarin een hypotheekadviseur niet zozeer adviseur was maar eerder een bemiddelaar van een financieel product. De bemiddeling bestond met name uit het invullen van formulieren en niet uit het schrijven van een advies en het onderbouwen waarom je bijvoorbeeld kiest voor tien jaar of twintig jaar rentevast of een mengvorm.”
De adviseur moet breder kijken?
“Ik denk dat inderdaad het belangrijkste is dat hij een integrale aanpak heeft. We weten dat we te maken hebben met een beperkte termijn waarin er nog hypotheekrenteaftrek is. Op een gegeven moment verhuist de lening naar box 3. Laten we ervan uitgaan dat de meeste mensen niet beschikken over grote hoeveelheden spaargeld of andere bezittingen. De rente is dan niet meer aftrekbaar. Hoe zorg je dan dat het toch betaalbaar blijft? Dan kom je vanzelf bij de pensioeninkomsten, eventuele erfenissen of de verkoop van het huis. Ik denk dat dit soort scenario’s besproken moeten worden en goed moeten worden vastgelegd.”
Zou het helpen als de Belastingdienst beschikkingen zou afgeven, zoals de Vereniging Eigen Huis wil?
“Het is wel logisch dat als de wetgever met een termijn van dertig jaar komt, deze dan bijhoudt en communiceert hoe het daarmee staat. Dat maakt het een stuk makkelijker voor de adviseur.”