Oversluiten is aan de orde van de dag. De berg papierwerk die daarvoor nodig is, kan flink kleiner, zo betoogt Edsel de Graaf, directeur van ROMEO Financiële Diensten.
“Ruim de helft van de hypotheekaanvragen bestaat nu uit oversluiters”, merkt De Graaf op. “We zien dat oversluiters flink kunnen besparen op hun maandlasten.. Daarom stellen de meeste adviseurs terecht dat oversluiten vrijwel altijd een goed advies is. Waarom dan de rompslomp van al die stukken die de klant moet aanleveren?”
Het belangrijkste is volgens De Graaf dat klanten aantonen dat de betaalbaarheid niet in het geding komt. “Als een klant al jaren de hypotheek kan betalen, zou dat voor een hypotheekverstrekker voldoende moeten zijn.”
Bij aankoop van een nieuwe woning kan er sprake zijn van een ‘payment shock’. “Als een klant eerst goedkoop woont en dan naar een duurder huis gaat, kan het zijn dat de klant even moet wennen aan de hogere prijs. Het is logisch dat hypotheekverstrekkers daar rekening mee houden. Maar bij oversluiters is dat per definitie niet het geval.”
Een voorbeeld waar het mis kan gaan. Iemand is eerst in vaste dienst, maar wordt zelfstandige. De Graaf: “Deze persoon moet een historie van een aantal jaar opbouwen waarin aangetoond wordt dat de hypotheek betaalbaar is. Maar de keuze om zelfstandige te worden is niet voor niets gemaakt: dat verhoogt misschien zelfs het inkomen. Toch zit deze zelfstandige dan vast aan een oude duurdere hypotheek, terwijl oversluiten veel gunstiger zou zijn. De nieuwe hypotheekverstrekker schiet zich echt in de voet wanneer die jaren aan historie als zelfstandige eist.”
De Graaf pleit er dan ook voor dat hypotheekverstrekkers veel flexibeler naar de inkomens van klanten kijken. “Wanneer inkomenstechnisch helemaal niets verandert, dus alleen de geldverstrekker wordt gewijzigd, zou je tegen zeer beperkte data moeten kunnen accepteren. Als er wel sprake is van verandering van inkomen, zoals het voorbeeld van de zzp’er, dan is het logisch dat er meer documenten aangeleverd moeten worden. Een bewijs van goed betaalgedrag zou daarbij veel zwaarder moeten wegen.”
Het pijnpunt ligt bij zowel de hypotheekverstrekker als de overheid, stelt De Graaf. “De inkomensnorm is door de overheid opgelegd, maar de beoordeling van dat inkomen zit bij de geldverstrekkers. Zij kunnen een oplossing forceren.”
Er is een kleine kentering te bespeuren, ziet De Graaf. “Wanneer op basis van brondata hypotheekaanvragen worden beoordeeld, dus als bijvoorbeeld belastinggegevens worden opgevraagd, merk ik dat er wat soepeler mee wordt omgesprongen. Maar wanneer louter op aangeleverde documenten wordt beoordeeld, blijft het rigide. Daar moet verandering in komen.”