Elke maand beantwoordt een hypotheekadviseur een vraag van een collega, waarna deze adviseur zelf een vraag stelt aan een andere vakgenoot. Voorwaarde: ze mogen geen directe collega’s zijn. Peter ter Harmsel is financieel adviseur in Amersfoort. Naamgenoot en vriend Peter van der Meer uit Elburg heeft hem de volgende vraag gesteld.
“Belangrijkste is dat ik jonge mensen vooral heel veel uitleg en vertel wat er financieel nodig is om iets op de woningmarkt te bereiken. De gesprekken met jonge mensen probeer ik altijd zo basaal mogelijk te houden. Zij hebben vaak hoogstens een keer een paar zaken gegoogled. Het beste is om te beginnen vanuit de overtuiging dat ze nog niets weten.”
“Ze komen net kijken in een wereld die nieuw voor ze is. Vaak weten ze niet eens precies wat een hypotheek is. Een belangrijk verschil met een oudere leeftijdsgroep is dat ouderen vaak al aan een tweede huis toe zijn. Ze kennen het klappen van de zweep.”
“Ze overschatten vaak hun eigen financiële positie. Ik hoorde laatst dat zestig procent van Nederland niet eens tweeduizend euro aan spaargeld op de bankrekening heeft staan. Met zo’n buffer kom je niet ver. In de regio Amersfoort, waar ik actief ben, wordt ook ontzettend vaak boven de vraagprijs geboden. Jongeren schrikken vaak van het geld dat ze zelf in moeten leggen, naast de lening die ze kunnen krijgen.”
“Het komt regelmatig voor dat we na een eerste gesprek snel met de ouders om tafel zitten. Dan proberen we nog een mouw te kunnen passen aan de zoektocht van hun kinderen. Het is dan de vraag wat wat de ouders financieel kunnen betekenen. In hoeverre willen en kunnen ze bijspringen?”
“Ja, heel snel komt in de gesprekken de vraag aan bod of en hoe ouders een rol kunnen spelen. Het feit dat dit bijna altijd nodig is, maakt het voor jongeren ingewikkeld.”
“Dat gebeurt maar een heel enkele keer. Ik moet zeggen, dan sta ik wel versteld.”
“Ik kan me herinneren dat ik een jongen op gesprek had die opeens met €130.000 spaargeld kwam aanzetten. Dat had hij in de loop der jaren bij elkaar gespaard na succesvol een onderneming als fietsenmaker op te zetten. Dit soort jonge mensen kom je heel af en toe tegen. Het is alweer twee jaar geleden dat ik deze jongen heb geholpen.”
“Meer bouwen en het aanbod vergroten, maar dat kost tijd. In veel Nederlandse gemeenten kunnen starters een starterslening aanvragen. In Amersfoort gaat het om €35.000. Dat is een behoorlijk zetje in de rug en zouden ze in heel Nederland moeten invoeren.”
“Heel goed luisteren in alle adviesgesprekken is belangrijk. Het gaat om de details, ik noteer alles heel goed. Als je echt luistert, kun je als adviseur met de kennis die je hebt, heel strikt en duidelijk adviseren. Dat is bij iedere klant belangrijk maar misschien nog net iets belangrijker bij jonge mensen. Ze weten dan meteen waar ze aan toe zijn.”
“Kees van Luijt en ik hebben een bijzondere band. Sinds we samen bij ING actief waren zijn we ieder zijns weegs gegaan maar we zoeken elkaar met oud-collega’s nog steeds op om bijvoorbeeld een midweek te varen. Vroeger gingen we ook skiën met elkaar. Mooi dat dit gesprek ons nu weer bij elkaar brengt. Ik wil graag van hem weten hoe Kees zijn bestaande klanten beheert.”
Consumenten zoeken steeds vaker online naar een hypotheekadviseur. Het online zichtbaar maken en promoten van je bedrijf is daarom belangrijker dan ooit. Maar hoe pak je dat aan? We spraken met Peggy de Lange van Fiverr, die alles weet over hoe je online kunt groeien.
Grote groepen komen helemaal niet meer aan bod op de huizenmarkt. Arjen Gielen, voorzitter van de raad van bestuur van NHG, ziet dat starters veel minder gebruik kunnen maken van de regelingen.
De Nederlandse woningmarkt is krapper dan ooit. Het aanbod blijft dalen - en vergeleken met een jaar geleden staat bijna een kwart minder huizen te koop. Niek Hoogeveen van Taxatheek.nl houdt de woningmarkt nauwlettend in de gaten.
De AFM doet in haar jaarlijkse wetgevingsbrief een nogal ingrijpende aanbeveling. De studieschuld moet voortaan geregistreerd worden bij het BKR, vindt de financiële toezichthouder. Hypotheekadviseurs zien dat niet zitten, zo blijkt uit een poll op deze site: 81,8% van de respondenten vindt het een slecht idee.