“Wat is het energielabel van het huis?” Dat lijkt tegenwoordig één van de eerste vragen te zijn die huizenkopers stellen bij een bezichtiging. De hoge energieprijzen zijn het gesprek van de dag en zorgen ervoor dat woningen met een laag energielabel steeds minder geliefd zijn.
Uit een inventarisatie die de NVM publiceerde, blijkt dat de verschillen behoorlijk kunnen oplopen. In het derde kwartaal van 2022 leverde een woning met een energie label A doorsnee 7 procent meer op dan een woning met een label F. Een jaar eerder was dit verschil slechts 2 procent. De bewustwording op dit gebied is (gelukkig) flink gestegen.
Door de hoge inflatie en de gestegen hypotheekrente is de woningmarkt aan het afkoelen. Huizen staan langer te koop en kopers krijgen weer iets meer keuze. Goed geïsoleerde woningen hebben daarbij duidelijk een streepje voor. Woningen met een duurzamer label brengen meer op en verkopen sneller. Ook zijn kopers bereid meer boven de vraagprijs te betalen.
Bij de aankoop van een woning is een goed energielabel in relatief korte tijd één van de belangrijkste wensen geworden. Bij niet-verhuizende woningeigenaren speelt iets anders. Ook in dit geval is de duurzaamheid van de woning belangrijk. Maar een groot deel van de Nederlanders heeft geen idee wat het energielabel van hun woning is. Je hebt immers alleen een energielabel ‘nodig’, bij de verkoop of verhuur van een woning. Als dit niet aan de orde is, dan laten de meeste mensen geen energielabel opstellen want dit kost toch al gauw 300 euro. Bovendien: voor hen is niet het energielabel, maar de energierekening relevant. Het gevolg hiervan is dat de data over de duurzaamheid van onze woningen dus nooit actueel is.
Als een woningeigenaar een woning verduurzaamt, dan wordt dit in regel niet (direct) geregistreerd. Dit betekent natuurlijk ook iets voor de klimaatafspraken die we met elkaar hebben gemaakt. Want hoe kunnen we een doel behalen, als we niet weten waar we staan? In het klimaatakkoord is afgesproken dat de CO2 -uitstoot van de gebouwde omgeving in 2030 gehalveerd moet zijn ten opzichte van 1990. Deze opgave is ontzettend complex. Zolang wij een systeem hebben waarbij een groot deel van de woningen geen actueel energielabel heeft, maken we het onszelf nog lastiger. Hier moet een oplossing voor komen. We proberen goede inschattingen te maken en zijn samen in de markt (o.a. in de EEM NL Hub) aan het kijken hoe we het aantal definitieve energielabels kunnen verhogen.
Ook bij NHG proberen we inzichtelijk te krijgen hoe duurzaam de woningen zijn die met NHG zijn gefinancierd. Gebaseerd op de beschikbare data, heeft ongeveer 40% van de miljoen woningen die gefinancierd zijn met NHG een label D of slechter (landelijk is dit minder dan 30%). Dat betekent dat woningen onder de kostengrens van NHG vaker een slecht energielabel hebben. Hier zitten juist eigenaren met lagere inkomens. Als we deze groep niet te hulp schieten, dan kan een groot aantal mensen met een slecht geïsoleerde woning in betalingsproblemen komen door de uit de hand gelopen energieprijzen.
Daar bovenop heeft het dus ook gevolgen voor de verkoopwaarde van de woning. Met name woningeigenaren van appartementen blijven achter met verduurzamen, omdat er vaak niet genoeg geld in de pot zit en er geen aantrekkelijke gezamenlijke financieringsmogelijkheden zijn.
Om alle woningeigenaren mee te laten doen, zijn er meer financieel gunstige oplossingen nodig voor de groep huizenbezitters die wel willen, maar nu nog niet kunnen verduurzamen. Ook hier proberen we aan bij te dragen. Zo kan sinds 1 november via de (kleine) VvE een gezamenlijke lening worden aangevraagd met een garantie van NHG. We willen en kunnen allemaal meer mensen helpen, hier doen we het voor. Samen met marktpartijenbekijken we of we meer kunnen doen, zodat meer mensen aan de slag gaan met verduurzaming. Denk aan gedragsactivatie en vereenvoudiging, ook in financiering via bijvoorbeeld één financieringsoplossing met lage kosten.
Mensen die een woning met een slecht energielabel willen kopen of financieren, zullen dit vroeg of laat in de portemonnee gaan voelen. Het blijft dus ontzettend belangrijk dat adviseurs hun klanten op verduurzaming wijzen én ze helpen om te verduurzamen en energiebesparende maatregelen mee te financieren in de hypotheek. Of het nu om de aankoop van een woning gaat of om het oversluiten van een hypotheek of om een tussentijdse woningverbetering. Sommige energiebesparende maatregelen verdienen zichzelf altijd terug; in energielasten en woningwaarde, maar ook in wooncomfort en verkoopbaarheid. De bewustwording is enorm gestegen, maar de mogelijkheden om hier actie op te ondernemen zijn lang niet altijd bekend. De rol van de adviseur is en blijft daarom ontzettend belangrijk.
MUNT Hypotheken is niet meer weg te denken uit de Nederlandse hypotheekbranche. Wie zijn de werknemers achter MUNT? We belichten de komende tijd de ‘koppen achter MUNT’, van werknemers van het eerste uur tot nieuwe collega’s. Deze keer: Servet Dogan, Senior Acceptant bij de voorlegdesk van MUNT.
Letse huizenkopers kunnen een volledig door de overheid gedekte hypotheek afsluiten. Ze moeten dan wel aan een aantal voorwaarden voldoen. De hypotheektermijn in de Baltische staat is korter dan in Nederland. Die is in de regel niet meer dan 10 jaar.
Elke week bespreken we het belangrijkste nieuws uit de hypotheeksector. Deze week geeft Klaas Ozinga van De Hypotheker Voorburg zijn visie over verduurzaming in kleine VvE’s, de mogelijke uittreding van hypotheekadviseurs en de familiehypotheek.
Door de aanhoudende droogte van afgelopen zomer rolt er een stortvloed aan funderingsproblemen over ons land. Het Kennis Centrum Aanpak Funderingsproblematiek (KCAF) luidt de noodklok: “We zien tien keer meer meldingen binnenkomen dan gebruikelijk”, zegt Dick de Jong, senior adviseur bij KCAF. 1 miljoen panden lopen volgens het kenniscentrum gevaar.