Ouderen moeten langer thuis blijven wonen, terwijl een steeds groter deel van de zorg bij hun kinderen komt te liggen. Een manier om daarmee om te gaan, is dat ouders bij de kinderen intrekken. Harrie-Jan, directeur van de Financiële Makelaar, ziet dan ook dat de interesse toeneemt voor een hypotheek waarbij sprake is van dubbele bewoning. Volgens hem speelt de hypotheekmarkt hier nog niet goed op in.
Adviseurs kunnen bij veel aanbieders namelijk niet terecht met klanten die ouders willen laten inwonen. Van Nunen vertelt over de obstakels en aandachtspunten van de financiering van de zogenaamde kangoeroewoning.
Wat is het grootste obstakel dat adviseurs tegenkomen?
“In de praktijk loop je er tegenaan dat als een woning geschikt kan zijn voor dubbele bewoning, aanbieders de aanvraag automatisch afwijzen. Een tweede badkamer vinden ze niet zo erg, maar als er ook nog een tweede keuken in zit, zien we toch met enige regelmaat dat de aanbieder dan zegt ‘dat willen we niet’.”
Dat het om verhuur aan familie gaat, doet er dan niet toe?
“Het blijft een vorm van verhuur en dat wordt niet toegestaan omdat de woning dan minder courant zou zijn. Een hypotheekaanbieder zou het natuurlijk ook van de andere kant kunnen bekijken. Als ik mijn ouders laat inwonen hebben zij er ook belang bij dat ik de woning kan blijven betalen. Dus als de woning al op mijn inkomen past is er daarnaast nog een aanvullend inkomen dat kan bijdragen om de hypotheek te betalen. Want als ik niet betaal, zullen zij er ook uit moeten. Dat benadert het op een andere manier en dat gebeurt wat mij betreft te weinig.”
Zouden aanbieders beter in moeten spelen op deze maatschappelijke veranderingen?
“De tijdsgeest is toch dat we langer voor elkaar moeten zorgen. De overheid vindt dat ook. Dit zal dus een ontwikkeling zijn die zich doorzet. Daarbij werkt het ook zo dat als aanbieders niet open staan voor bepaalde ontwikkelingen, mensen het in de praktijk toch doen maar we het met z’n allen niet willen weten. Dan is de vraag moeten we het niet willen weten of willen we toch kijken of we een meer passende benadering kunnen bedenken?”
Wat voor andere aandachtspunten zijn er voor adviseurs die hiermee te maken krijgen?
“Als een deel van de woning is verhuurd aan ouders, is dat deel natuurlijk geen eigen woning meer voor de inkomstenbelasting. Dan komt dat deel in box 3 en is er dus geen recht op renteaftrek. Daarnaast moet heel goed worden gekeken als ouders geld inbrengen, hoe daarmee wordt omgegaan. Is dat dan een schenking of een lening? Dat heeft namelijk fiscale consequenties. Ook is belangrijk of er geen gevolgen zijn voor het recht op toeslagen en of een alleenstaande ouder voor de AOW niet als samenwonend wordt aangemerkt. Dan is de vraag natuurlijk wel of dit allemaal hoort bij de rol van de hypotheekadviseur? Het zou eventueel onderdeel van die rol kunnen worden, of onderdeel van een specialisme.”