Het voorstel van ABN Amro, ING en Rabobank om woningen – naast een energielabel – een klimaatlabel te geven, krijgt forse kritiek. Matthijs Kok, hoogleraar Flood Risk aan de Technische Universiteit Delft, en de Vereniging Eigen Huis zien veel praktische problemen. Bovendien wordt de rekening van klimaatrisico’s nu erg eenzijdig bij huiseigenaren gelegd, terwijl die zelf niets kunnen doen aan de waterstand in hun woonplaats.
Volgens de grootbanken weten huizenkopers vaak weinig over de kans op overstromingen en funderingsschade door paalrot. Deze risico’s wegen ze niet mee in hun aankoop. Klimaatrisico’s kunnen volgens de banken via een klimaatlabel in de woningwaarde weerspiegeld worden.
Eén van de redenen voor de invoering van het klimaatlabel is de ‘klimaatongelijkheid’, die volgens de grootbanken op de loer ligt. Kopers die minder geld te besteden hebben, zouden eerder geneigd zijn te kopen in buurten waar de huizenprijzen lager zijn, mogelijk zonder te beseffen dat daar vaker sprake is van waterstress of funderingsschade.
Geen voordelen
Maar prof. Matthijs Kok vindt dat banken te hard van stapel lopen. “Je moet een klimaatlabel pas invoeren, als je zeker weet dat het ergens bij gaat helpen. Het moet ook goed onderbouwd en effectief zijn. Ik zie niet de grote voordelen van een dergelijk label. De gedachte hierachter is dat je risico-informatie op objectniveau met elkaar deelt, waardoor de risico’s worden ingeprijsd.”
Maar, zo betoogt Kok, er is nu al een informatieplicht voor verkopers voor ruim een half miljoen huizen die (mogelijke) funderingsschade hebben. Schertsend: “Bij een klimaatlabel moet je dat dan uitbreiden tot acht miljoen huizen. Is dat dan effectief?”
Maatschappelijke kosten
Kok ziet daarnaast geen heil in het invoeren van een klimaatlabel bij waterschade door overstromingen. “Tegen dit soort overlast kun je als huiseigenaar weinig doen. Je kunt geen maatregelen treffen om je tegen grootschalige overstromingen te beschermen. Het klimaatlabel lijkt op het eerste gezicht sympathiek, maar in de uitwerking zie ik allerlei hobbels. Het brengt ook maatschappelijke kosten met zich mee. Zo’n klimaatlabel is niet gratis.”
De hoogleraar vindt het klimaatlabel al met al een veel te zwaar middel voor de bewustwording rond klimaatrisico’s, die de banken beogen te bereiken. “Bewustwording is prima, maar dan gaat het ook om het eigen handelingsperspectief. Bij grootschalige overstromingen is die er niet, met belastinggeld worden daar de risico’s beperkt door keringen en ruimte voor water.”
Praktische problemen
Vereniging Eigen Huis ziet de introductie van een uniform klimaatlabel ook niet als de oplossing voor het verhogen van bewustwording bij huiseigenaren over klimaatrisico’s. “Er zijn praktische problemen, waardoor een dergelijk label nog niet ingevoerd kan worden. Zo zijn data op het niveau van individuele woningen niet beschikbaar en kan een label, zeker in risicogebieden, een forse invloed hebben op de waarde van de woning”, stelt Michel Ligtlee, beleidsadviseur bij de belangenorganisatie.
“Het gaat bij die data vooral om gegevens over de funderingskwaliteit van woningen. Die zijn nergens beschikbaar en daarom willen de banken dat huiseigenaren zelf onderzoek laten doen. Dat kost 5.000 tot 10.000 euro per woning en is voor velen onbetaalbaar.”
Nauwelijks invloed
Ook vindt Ligtlee dat het klimaatlabel eenzijdig de rekening van klimaatrisico’s naar huiseigenaren doorschuift. “Huiseigenaren hebben nauwelijks tot geen invloed op de oorzaak van de schade als gevolg van extreem laag of hoog water. De lasten moeten daarom op een eerlijke manier verdeeld worden.”
Volgens Vereniging Eigen Huis wordt op dit moment in opdracht van de Kamer onderzocht hoe de kosten van funderingsschade op een redelijke manier verdeeld kunnen worden tussen huiseigenaren, (lokale) overheid en waterschappen.
De Raad voor de leefomgeving en infrastructuur presenteert haar advies over de aanpak en kostenverdeling van funderingsschade op 29 februari.