Elke week bespreken we het belangrijkste nieuws uit de hypotheeksector met een adviseur. Deze week hebben we het met Theo Kempen van De Hypotheekshop in Roermond over het verzwijgen van de studieschuld bij een hypotheekaanvraag en de biedverzekering.
“Starters bevinden zich in een lastige spagaat: ze willen eerlijk zijn over hun financiële situatie, maar zodra ze hun studieschuld opgeven, worden ze direct beperkt in hun leencapaciteit. Zelfs als ze nog niet aflossen of pas over een paar jaar beginnen, telt de volledige schuld mee. Dat voelt voor velen onterecht, zeker wanneer ze inmiddels een stabiel inkomen en spaargeld hebben opgebouwd. Het gevolg is dat sommigen die schuld verzwijgen – niet uit kwade wil, maar omdat ze anders geen enkele kans maken op een woning. Dit wijst vooral op een systeem dat onvoldoende aansluit bij de realiteit. De huidige toetsingsnormen laten geen ruimte voor nuance zoals aflosvrije periodes, minimale maandlasten of schulden die mogelijk worden kwijtgescholden.
Wat ons betreft moet het debat breder gevoerd worden. Er bestaan al flexibele oplossingen in de vorm van schenk- en leenconstructie tussen ouders en kinderen bij woningfinanciering, die banken vaak als neutraal beoordelen. Waarom zou je diezelfde logica niet toepassen op studieschulden? Bijvoorbeeld via een schenkingsovereenkomst waarbij ouders de aflossing op zich nemen, of een onderlinge afspraak waarin de studieschuld tijdelijk onder verantwoordelijkheid van de ouders valt. Zo’n aanpak biedt perspectief: starters blijven binnen de regels, ze krijgen een eerlijke kans op de woningmarkt én ze hoeven zich niet genoodzaakt te voelen tot het verzwijgen van hun studieschuld. In plaats van het gesprek te vernauwen tot ‘fraude’, zouden we moeten kijken naar hoe we het systeem eerlijker en toekomstbestendiger kunnen maken – voor de generatie die we als samenleving juist zouden moeten ondersteunen.”
“Een biedverzekering is in de huidige woningmarkt niet per se een overbodige luxe, maar eerder een symptoom van een markt die volledig uit balans is. Deze verzekering is ontstaan omdat kopers zich genoodzaakt voelen om zonder voorbehoud te bieden – simpelweg om nog een kans te maken. En dat is niet omdat ze dat willen, maar omdat de markt het afdwingt. Verkopers kiezen voor zekerheid, en die ligt bij het bod zonder voorwaarden. Daarmee worden starters en andere kwetsbare groepen eigenlijk gedwongen om onnodige risico’s te nemen. In dat gat is de biedverzekering gesprongen, en hoewel het een slimme tool kan zijn om risico's af te dekken, laat het vooral zien dat de wet- en regelgeving tekortschiet.
Toch is de biedverzekering geen wondermiddel. Er hangt een kostenplaatje aan en de zekerheid die het biedt, werkt vooral in het voordeel van de koper. Voor verkopers verandert er feitelijk niets: zij zien nog steeds enkel een bod zonder voorbehoud. De verzekering geeft de koper een vangnet, mocht de financiering toch niet rondkomen. Het is echter geen garantie voor een succesvolle aankoop. In regio’s waar adviseurs en makelaars elkaar goed kennen en samenwerken met wederzijds vertrouwen, kan dat netwerk zelfs meer gewicht in de schaal leggen dan een verzekering. Uiteindelijk zou de oplossing niet moeten zitten in extra producten, maar in structurele aanpassingen in het systeem. Denk aan het verlengen van de wettelijke bedenktijd naar twee weken, zodat kopers ruimte krijgen om zorgvuldig én veilig beslissingen te nemen – zonder boete of paniek. Dat zou pas echt rust en gelijkwaardigheid brengen op de woningmarkt.”