In aanloop naar de verkiezingen spreekt Kop-Munt met politieke partijen over hun plannen voor de woning- en hypotheekmarkt. Vandaag de visie van Kamerlid Daniel Koerhuis, woordvoerder Wonen voor de VVD.
Wat wilt u het liefste aanpakken?
“Toen ik in 2017 als Kamerlid begon, zag ik al dat er een woningtekort was. Dat tekort is alleen maar groter geworden. Ik heb toen geïnventariseerd wat de plannen waren maar aan plannen was ook een tekort. De afgelopen jaren heb ik me ingezet om meer plannen te ontwikkelen die de bouwproductie verhogen. Dat is gelukt, maar dat is nog niet afdoende.”
Uw partij is de afgelopen tien jaar de grootste geweest. Wat gaat u anders doen dan hiervoor?
“Er moeten meer bouwlocaties komen. Een ander belangrijk aspect is een betere balans tussen sociale huurwoningen en middenhuurwoningen. Nederland heeft procentueel veruit de meeste sociale huur van de hele EU. Daardoor zijn de verhoudingen zoek. Er is meer behoefte aan middenhuurwoningen.”
Het partijprogramma van de VVD besteed veel aandacht aan huurprijzen. Wat moet er gebeuren op dat vlak?
“Het grootste gedeelte van de huren in Nederland zijn sociale huren. Daarvoor is ook een sociaal huurakkoord gesloten en dit is wettelijk vastgelegd. In dat akkoord is afgesproken de huurprijsstijging voor de sociale huursector te beperken tot de inflatie plus één procent. Daarvan uitgezonderd zijn goedkope scheefwoners en huurwoningen waarin bepaalde investeringen worden gedaan. Het sociaal huurakkoord loopt van 2018 tot 2021, dus aan het eind van het jaar moet er een nieuw akkoord worden gesloten. Tegelijkertijd zijn we ook bezig met een vergelijkbare wet om de huurprijsstijging voor de vrije sector te beperken tot de inflatie plus één procent voor de aankomende drie jaar.”
“Daarnaast zien we dat de huurstijging in de vrije huursector met name gevolg is van het tekort aan middenhuurwoningen. Dit komt door enerzijds een tekort aan woningen in het algemeen. En anderzijds door een te hoog percentage aan sociale huurwoningen.”
Net als andere partijen pleit u voor meer woningbouw. Dat is wel lastiger geworden door de stikstofproblematiek.
“Dit heeft de blik niet perse veranderd. Het is wel weer een extra drempel, naast de drempels die al bestaan. Gelukkig is de stikstofproblematiek nu enigszins opgelost en het is nu weer de uitdaging om de oude en grootste drempel op te lossen: het tekort aan bouwlocaties.”
Maakt decentralisatie dat beter mogelijk?
“Ons uitgangspunt blijft dat bouwen en andere plannen voor wonen als het kan decentraal geregeld moeten worden, centraal als het moet. Sowieso moet er meer regie vanuit het Rijk komen. Dit betekent dat wij als rijk monitoren hoeveel bouwlocaties er zijn en met gemeenten waar te weinig bouwlocaties zijn in gesprek gaan. We sluiten woondeals. En als we zien dat ergens na lang praten nog steeds niet wordt gebouwd, dan moet het Rijk bouwlocaties gaan aanwijzen als een locatie van nationaal belang is of met een inpassingsplan komen.”
Wat moet er van het eigenwoningforfait komen?
“De afgelopen jaren hebben we het eigenwoningforfait verlaagd en dat blijven we wat mij betreft de komende jaren doen. Als VVD willen we wel dat investeringen voor verduurzaming in de eigen woning kunnen worden afgetrokken van het eigenwoningforfait.”
En de hypotheekrenteaftrek?
“De hypotheekrentaftrek wordt stap voor stap afgebouwd naar één tarief. Als VVD willen we daar niet aan sleutelen. Wat de starters betreft, die worden ontzien. De overdrachtsbelasting voor starters is namelijk afgeschaft.”