“Flexwoningen zijn geen structurele oplossing voor het woningtekort”

Bijna de helft van de woningeigenaren met een hypotheek verwacht de komende 12 maanden moeite te hebben met het betalen van de woonlasten. Dit blijkt uit de nieuwste Woonlastenmonitor van NHG. Zie jij dit ook in de praktijk terug?  

“Ik ben geschrokken dat zoveel mensen zich zorgen maken over de woonlasten. In mijn praktijk kom ik dit eerlijk gezegd niet zo tegen. Ik heb nog geen meldingen van betalingsachterstanden in mijn portefeuille, en mijn klanten weten dat ze altijd contact kunnen opnemen als ze in de knel komen. Bij starters besteden we extra aandacht aan budgetteren. We kijken niet alleen naar de hypotheeklasten, maar nemen álle uitgaven mee. Denk aan verzekeringen en gemeentelijke lasten, maar ook dagelijkse uitgaven en wat ruimte voor leuke dingen. Als dat laatste niet mogelijk is, bespreken we of een woning op dat moment de juiste keuze is. Bij middeninkomens, vooral gezinnen met kinderen, merk ik dat er vaak vraag is naar meer financieel overzicht. Door hoge maandelijkse uitgaven wordt het financieel plannen voor hen vaak lastiger, en zij willen vaak advies over hun totale financiële situatie." 

Om het grote woningtekort in Nederland op te lossen, zetten overheden al een paar jaar in op het plaatsen van flexwoningen. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) waarschuwt nu dat we moeten uitkijken dat we in Nederland niet te veel kleine flexwoningen neerzetten. Hoe kijk jij daarnaar?  

"Flexwoningen kunnen voor bepaalde doelgroepen goed werken, zoals studenten, statushouders, en mensen die na een scheiding tijdelijk onderdak nodig hebben. Voor hen zijn flexwoningen een goede tijdelijke oplossing, maar ik zie dit niet als een structurele oplossing voor het woningtekort. Op dit moment zijn er volgens mij zo’n 15.000 flexwoningen, en dat aantal lijkt mij geen probleem. Ik denk dat we ons wel beter kunnen richten op structurelere oplossingen. Denk bijvoorbeeld aan duurzame appartementen van ongeveer 50 vierkante meter, die eventueel later hergebruikt kunnen worden. Zo wordt wonen niet alleen wat meer comfortabel, maar ook toekomstbestendig.” 

Nederland moet de focus verleggen van zorg naar welzijn, waarbij zelfredzaamheid en een geschikte woning en omgeving centraal staan. Dat schrijft CBRE in een rapport over ouderenzorg in Nederland. Ben jij het eens met het CBRE dat Nederland achterblijft in het ontwikkelen van voldoende en passende woonvormen voor ouderen? 

“Absoluut. Nederland biedt ouderen maar weinig alternatieve woonopties. Er zijn initiatieven, zoals woonprojecten waarin ouderen voor elkaar kunnen zorgen, maar die zijn er nog veel te weinig. Ook hypotheekaanbieders zouden flexibeler kunnen zijn, bijvoorbeeld door ruimere mogelijkheden voor de opname van overwaarde op latere leeftijd te bieden. Zo zouden ouderen langer zelfstandig kunnen blijven wonen in een omgeving die bij hun levensfase past.”