Rust, ruimte en goedkope woningen. Dat zijn traditioneel redenen waarom mensen in Drenthe een huis kopen, vertelt makelaar en NVM-regiovoorzitter Gerben Zandbergen. Tegenwoordig is daar de goede digitale bereikbaarheid van de provincie bijgekomen. In de coronacrisis heeft Drenthe die aantrekkingskracht behouden, constateert hij.
“De eerste twee weken van de coronacrisis eind maart waren even spannend, maar sindsdien zijn we weer terug naar normaal. Er is weinig aanbod en als er aanbod op de markt komt is het zo weg voor de vraagprijs of iets daarboven. De rente is nog laag, waardoor de vraag naar woningen hoog is en dus de prijzen omhoog gaan”, zegt Zandbergen over de situatie op de woningmarkt.
De provincie Drenthe heeft de een-na-kleinste woningmarkt van Nederland met vorig jaar 1,7 miljard euro aan verkochte woningen (CBS). De gemiddelde verkoopprijs in Drenthe is 241.941 euro, tegen een landelijk gemiddelde van 307.978 euro.
Volgens cijfers van makelaarsvereniging NVM zijn de meest verkochte woningen in de provincie vrijstaande woningen, hierbij gaat het om ongeveer een derde van het totaal. Dit zijn de woningen waar veel inwoners van andere provincies op af komen, vertelt Zandbergen. “Als je voor vier ton een tussenwoning in Amersfoort verkoopt kun je hier een vrijstaande woning kopen. Het zijn met name gezinnen met jonge kinderen of vroege pensionado’s die dat doen.”
De provincie is op grote schaal bezig om overal glasvezelkabels voor snel internet aan te leggen. Dit is een belangrijke ontwikkeling voor de woningmarkt, vertelt de makelaar. “Vroeger kregen we de vraag ‘hoe is de verbinding met de trein en via de snelweg?’, nu is de vraag ‘hoe is de verbinding met het internet’. Die is goed en vaak zelfs beter dan in bepaalde steden omdat er hier meer ruimte is om in de grond te graven.”
Kopers met een groot budget die naar Drenthe komen kunnen dus goed terecht. Dat geldt niet voor andere doelgroepen vertelt Zandbergen. Voor starters is het bijvoorbeeld een probleem dat er maar weinig woningen zijn die zij kunnen betalen, vooral in de steden. Voor senioren die op zoek zijn naar een aangepaste woning, is het aanbod ook beperkt. “Deze groep wil het liefste een grondgebonden appartement met voorzieningen vlakbij. Daar zijn er weinig van en er worden er ook weinig gebouwd. Projectontwikkelaars vinden het nog steeds financieel het meest interessant om eengezinswoningen te bouwen.”
Dat deze groepen kopers het nog steeds moeilijk hebben, is de schaduwzijde van een woningmarkt die de crisis vooralsnog goed doorstaat. Dat laatste is goed nieuws concludeert Zanderbergen, vooral omdat Drenthe pas laat herstelde van de vorige crisis. “In het westen van het land was de crisis in 2015 al voorbij, bij ons begon de markt pas in 2018 echt weer wat op stoom te komen. We waren even bang voor een kopersstaking maar daar is geen sprake van.”
Mark de Rijke is directeur van CMIS Franchise (De Hypotheekshop, Huis & Hypotheek en Hypokeur) bij CMIS Group. Een opvallende uitspraak van het Kifid zet hem aan het denken over de rol van hypotheekadvies door banken. En dan vooral over hoe duidelijk die rol is voor een consument. Hij deelt zijn gedachtegang graag met u in zijn column.
Binnen no-time zijn er noodmaatregelen genomen om te betalingsachterstand bij de hypotheek te beperken. Een groot verschil met hoe het er in 2012 aan toe ging. “We hebben als sector veel geleerd,” vindt Ellen Hensbergen die toen aan het financiële front stond en nu weer. “Die lessen kunnen we nu toepassen.”
Het kabinet adviseert weer - of eigenlijk nog steeds - om thuis te werken. Betekent de combinatie van wonen en werken ook dat er door de consument andere eisen gesteld worden aan het nieuwe koophuis? We duiken hiervoor in de data van Funda.
Senioren hebben laatste jaren veel meer mogelijkheden gekregen aanpassingen aan hun woning te financieren. Toch worden deze in de praktijk vaak onvoldoende benut. Adviseurs en consumenten weten niet wat er kan en gemeenten laten kansen liggen om senioren te helpen.